– Reiservaring Nepal: trekking over hoge pas –
Ook m’n ego steekt de hoogste pas over
Ik kan me niet herinneren wanneer ik me zo slecht heb gevoeld. Het is ook zo mooi geweest in de aanloop naar de top.
De tocht naar Manang is rustig, mooi en niet zwaar. Het vriendelijke dorpje ligt lager dan waar we de dag ervoor hebben geslapen en het zal het laatste echte dorpje zijn voordat we alleen maar guesthouses tegen zullen komen om de Pas over te kunnen steken. We zouden hier twee dagen blijven om te wennen aan de hoogte.
Ik heb ontzettende behoefte om alleen te zijn. Reizen met een groepje benauwd me. Ik voel me beperkt in mijn vrije keuzes. In de mogelijkheid om in the spot je plan te wijzigen. Deze middag heb ik er tijd voor. Ik kom iemand tegen uit Ecuador en dat blijkt het begin van een middag te zijn die anders loopt dan verwacht. Even later zit ik op het dak van een Guesthouse met Fransen, Canadezen en Duitsers. Mooie verhalen worden gedeeld tot we met z’n allen de zon zien ondergaan achter de besneeuwde bergen. Ik heb niets van het dorpje gezien, maar ik heb een heerlijke middag gehad.
‘s Nachts heb ik een kamer voor me alleen en als ik bij het eerste ochtendgloren de gordijnen opdoe zie ik hoe de bergen fel aftekenen tegen weer een strak blauwe lucht. Ik zet een muziekje aan en ben helemaal relaxed.
Vandaag lopen we toch verder anders moeten we de pas over een paar dagen met bewolking oversteken (later zal blijken dat deze voorspelling exact klopt). Het zal ook de eerste dag zijn dat we na de lunch vanuit het Guesthouse nog zo’n 300 meter klimmen om daarna lager te kunnen slapen.
Na een rustige lunch valt het klimmen zwaar. Ik merk dat ik moeite heb om rustig en regelmatig te ademen. Het tempo waarop je de eerste dagen ademhaalt op deze hoogtes (boven 4000 meter) is sneller. Ik ben blij als we bij een wei aankomen die prachtig uitkijkt over de bergen. Ik ga zitten op de stijle heuvel. Toch voorzichtig om niet in de yac-stront te gaan zitten. Het uitzicht is weer adembenemend.
Langzaam wordt m’n ademhaling gelijkmatig en ik voel de rust die ik aan het meer voelde weer over me neerdalen.
‘s Nachts word ik de laatste nachten buiten adem wakker, zoekend naar m’n adem. Ik luister naar m’n audioboek en probeer te bedenken dat ook als ik niet slaap mijn lichaam uitrust. De nachten zijn wel lang.
Voor het eerst vind ik het zwaar en ik weet dat het niets te maken heeft met m’n gebroken nacht. Het lukt me niet om flierefluitend om me heen te kijken. Ik concentreer me op hoe het gewicht van de ene kant naar de andere kant verplaatst wordt in m’n lichaam en hoe m’n voeten contact maken met de keien op het smalle pad. Toen ik de filmpjes zag over hoe mensen voetje voor voetje omhoog lopen kon ik me er niets bij voorstellen. Nu kan ik me niet voorstellen hoe ik het anders zou moeten doen. Onderweg blijven de uitzichten onverminderd bijzonder. Zo zie ik een kudde yac’s door de sneeuw rennen.
We bereiken Annapurna Base Camp op 4.550 meter. Er hangt een opgewekt en opgewonden Tibetaanse sfeer. Ik eet de meest heerlijke Veggieburger die ik me had kunnen indenken bedekt met pittige yac-kaas. Een goede maaltijd voor weer een middag klimmen.
M’n benen zakken soms volledig de sneeuw in als ik net naast het pad stap. De momenten dat de Himalaya geit of de sneeuw hoen te zien zijn, zijn erg welkom om op adem te komen. M’n hoofd bonkt en m’n hart slaat hard tegen m’n ribbenkast.
Na het eten geeft Lilla een gedetailleerde briefing. Ik hoop dat mijn wazige hoofd het allemaal onthoudt. Wat is het veel. De volgende dag zal blijken dat ik alles nodig zal hebben. Lilla zegt zelfs wanneer onze zonnebrillen in onze zak moeten zodat ze opwarmen en bij 10-min niet beslaan.
Ik slaap niet en als de wekker om 3 uur gaat, ben ik bijna opgelucht. Buiten is het steenkoud, aardedonker en heel helder waardoor ik ontelbaar veel sterren kan zien. Ik zie er een vallen en doe een wens.
Na een ontbijt gaat de hoofdlamp aan en beginnen we aan de klim naar Thorong La Pass. Al snel heeft de eerste het heel benauwd, maar dat trekt snel weg. Dan wordt de tweede duizelig en misselijk en krijgt een hoogteziekte tablet. Bij het High Camp (4850 meter) zien we zon opkomen, maar ik begin me minder goed te voelen. M’n hoofd bonkt, m’n buik doet pijn en ik ben misselijk. Ik heb geen puf om te praten. M’n snotneus wordt door iemand afgeveegd. Waarom doet de ibuprofen zijn werk niet? Het lukt me vrijwel niet om van het uitzicht te genieten. Ik moet moeite doen om m’n ene voet voor de andere te zetten. Iets in me wil niet meer verder. We moeten verder. Een voet voor de ander. Hoe ver is het nog? Bij een tea house drinken we wat en ik krijg een Marsje. Hij smaakt niet. Ik voel me slaperig en sleep mezelf daarna voort. Ik ben blij met de trage groep voor ons.
We bereiken allemaal de top. Iedereen is blij. Ik wil alleen maar slapen. Er wordt aan me getrokken en gesjord. Onze porters Ser en Tilac staan vrolijk klaar met mijn prayer flags die we op zullen hangen. Ik verzamel al mijn energie. Er zijn tranen van vreugde en vermoeidheid. We maken foto’s en moeten dan snel verder. Ik voel me steeds zwakker worden. Ik protesteer eerst nog als ik m’n rugzak af moet geven. M’n stok wordt in m’n hand geduwd voor het eerst. Ik moet Lilla vasthouden en we moeten steeds 100 tot 200 meter dalen voordat ik weer mag zitten. Ik word wakker gemaakt keer op keer.
Er wordt eten in m’n mond gepropt en op toe gezien dan ik het doorslik. Ik moet kokhalzen, maar weet dat het allemaal voor mijn bestwil is. We moeten verder. Smalle besneeuwde en ijzige paden over. De gids en porters hebben sokken over hun schoenen om niet uit te glijden. De porters zijn steeds om ons heen. Al onze bagage dragend wagen ze hun leven als we dreigen te vallen. Op een wie mogen we eindelijk bijkomen. Langzaam wordt het allemaal weer wat helderder. Ik heb niets meegekregen van de dag, maar m’n ego heeft z’n zin gekregen en is de hoogste pas over gestoken.
Een paar uur later kan ik me nog maar met moeite voorstellen hoe ik me gevoeld heb en weet dat het toch een onvergetelijke ervaring is die ik nooit aan iemand uit zal kunnen leggen. Om acht uur liggen we allemaal in dromenland.
Het was geweldig!
– Reiservaring Nepal: trekking over hoge pas –